Joost Haest

Eens in de 4 maanden brengen de behandelaren verslag uit over binnengekomen vragen en klachten en behandelde zaken. Van tijd tot tijd lichten wij er één uit. Het verhaal achter het verhaal. Deze keer over de stapeling van kerncompetenties uit één referentiewerk behandeld door aanbestedingsadvocaat mr. J. (Joost) Haest.

 

 Stapelen van kerncompetenties

Met enige regelmaat zien wij dat een aanbestedende dienst kerncompetenties stapelt. Dat wil zeggen dat binnen één referentiewerk meerdere kerncompetenties worden gevraagd. Veelal zijn die stapelingen nadelig voor mkb-bedrijven en daarmee disproportioneel.

In een recente inschrijvingsleidraad werd bijvoorbeeld gevraagd om één referentiewerk ten behoeve van kerncompetentie A waaruit moest blijken dat ten minste werd voldaan aan (1) ten minste 8.000 m2 verharding in vergelijkbare stedelijke omgeving, én (2) de aanleg en omvorming van bestaande en nieuwe beplantingsstroken én nieuwe bomenstructuren inclusief grondverbeteringsmaatregelen van tenminste 12.500 m2 in vergelijkbare stedelijke omgeving, én (3) aantoonbare effectiviteit van maatregelen voor het in stand houden van ecologische flora en fauna in vergelijkbare stedelijke omgeving als het projectgebied. Hiermee worden in feite drie kerncompetenties gestapeld, die uit één referentiewerk moeten blijken.

De Commissie van Aanbestedingsexperts heeft in advies 401 bepaald dat het in beginsel niet is toegestaan om bij verschillende kerncompetenties te eisen dat dit gebundeld is in één referentiewerk. Dit om te voorkomen dat de geschiktheidseisen ertoe leiden dat (grote) ondernemingen met meer ervaring bevoordeeld worden ten opzichte van kleinere ondernemingen of toetreders tot de markt die het werk ook zouden kunnen uitvoeren. En in advies 312 oordeelde de Commissie van Aanbestedingsexperts dat stapeling van kerncompetenties kan leiden tot het blokkeren van de toegang tot de aanbesteding van marktpartijen. Duidelijke taal dus.

Uit voorschrift 3.5F van de Gids Proportionaliteit volgt dat de kerncompetenties kritisch moeten worden geformuleerd. Het formuleren van teveel en te specifieke kerncompetenties leidt tot het zoeken naar het schaap met de vijf poten en zorgt voor een te sterk verengde markt: vooral mkb-bedrijven worden daarmee benadeeld, hetgeen disproportioneel is. Maar niet vergeten moet worden dat ook voor de aanbestedende dienst het niet gunstig is als de markt sterk verengd wordt omdat daarmee de concurrentie wordt beperkt hetgeen van invloed is op de marktwerking, innovatie, etc.

In voorschrift 3.5G van de Gids Proportionaliteit is bovendien opgenomen dat de aanbestedende dienst per kerncompetentie één referentie mag vragen. En verder is daarin bepaald dat de te stellen eisen zowel proportioneel dienen te zijn naar aard als naar omvang van de opdracht. Indien sprake is van stapeling van kerncompetenties is er aldus meer dan voldoende munitie aanwezig om daarover kritische vragen te stellen of zelfs klachten in te dienen. Doe dit dan wel zo vroeg mogelijk in het aanbestedingsproces.